Logo Historisch Centrum Leeuwarden

leeuwarden artikel link leeuwarden artikel link
 
Uw zoekacties: Raad van Commissarissen van de Scheepvaartmaatschappij Holla...

1049 Raad van Commissarissen van de Scheepvaartmaatschappij Holland-Friesland te Leeuwarden, 1914-1927

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inventaris
Inleiding
1049 Raad van Commissarissen van de Scheepvaartmaatschappij Holland-Friesland te Leeuwarden, 1914-1927
Inleiding
Om goederen uit Friesland naar het westen van ons land en in omgekeerde richting te vervoeren bestonden in de 19e eeuw verschillende scheepsverbindingen. Zo handelde het Rotterdamse handelshuis ‘Saint-Martin’ in vlas en lijnzaad afkomstig uit Friesland. Het vervoer ging per stoomboot. Ook werd de beurtvaart tussen Leeuwarden en Rotterdam ter hand genomen voor het vervoeren van goederen voor derden. Saint-Martin was op deze markt niet de enige onderneming, want in 1876 werd voor de beurtvaart tussen Leeuwarden en Amsterdam al de ‘Friesch-Noordhollandsche Stoombootmaatschappij’ opgericht. Daarnaast opereerden er in de tweede helft van de 19e eeuw tussen Leeuwarden en Amsterdam, een tijd waarin het vervoer over water enorm toenam, ook nog zeilende beurtschippers. Zij richtten in 1898 uit concurrentieoverwegingen de ‘Leeuwarder Stoombootmaatschappij’ op, met o.a. de bekende vrachtstoomboten Stanfries I en Stanfries II. In 1911 fuseerden de ‘Friesch-Noordhollandsche’ en de ‘Leeuwarder Stoombootmaatschappij’ tot de ‘Nieuwe Leeuwarder Stoomboot Maatschappij’ en het volgend jaar voegde ook ‘Saint-Martin’ zich erbij. De nieuwe naam van de fusiemaatschappij werd de ‘Scheepvaartmaatschappij Holland-Friesland’. Daardoor ontstond een maatschappij met maar liefst 25 schepen met als directie J.M. van Beynen te Voorburg, afkomstig van Saint-Martin en M.D. Reijnders te Zeist, directeur van de Nieuwe Leeuwarder.

Een in 1919 opgezette constructie, waarin het college van commissarissen (het ‘syndicaat’) zich zou laten uitkopen door een tweede groep (de ‘combinatie’) leidt, vanwege het dwarsliggen van enkele aandeelhouders, tot een langdurige rechtsgang die pas in 1926 wordt beëindigd.

Korte tijd later komt het bedrijf onder de algemene leiding te staan van rederij Verschure & Co., die aanzienlijke belangen in de ‘Holland-Friesland’ had opgebouwd. In 1933 werd de naam ‘N.V. Reederij Stanfries’ aangenomen. In die tijd, in 1935, werd ook begonnen met wegvervoer, een tak van vervoer die de binnenvaart inmiddels hevige concurrentie was gaan aandoen.
In 1939 werd de ‘firma Stanfries’ overgenomen door de grootste beurtvaartrederij van Nederland: de ‘N.V. Reederij Van der Schuyt, Van der Boom ‘. Daardoor ontstond ‘SBS NV’ (Van der Schuyt, Van der Boom en Stanfries NV).

In de Tweede Wereldoorlog had de scheepvaart, maar ook het wegvervoer, veel te lijden onder de oorlogshandelingen. Veel binnenvaartschepen gingen verloren en het vervoer over het water kwam in de loop van 1944 zelfs praktisch stil te liggen.

Na de oorlog kwam het scheepvaartverkeer moeizaam op gang en werd het vrachtvervoer steeds meer door vrachtauto’s overgenomen. Daarop lag nu ook de nadruk bij de ‘SBS NV’. Wel exploiteerden ‘Van der Schuyt, Van der Boom en Stanfries N.V.’ nog lang een aantal veerdiensten. Pas in 2007 werd daarmee definitief gestopt.

Het archief bevat vooral stukken uit de roerige periode 1919-1926, toen de geplande overname van alle aandelen door de combinatie tot allerlei juridische conflicten leidde. Vermoedelijk zijn de stukken afkomstig uit het persoonlijk archief van de heer W. Feenstra.
Hoe zij in het HCL-archief terecht zijn gekomen is onbekend.

Kenmerken

Datering:
1914-1927
Soort toegang:
plaatsingslijst
Omvang:
0,12 m1
Citeerinstructie:
Bij het citeren in annotatie en verantwoording dient het archief tenminste eenmaal volledig en zonder afkortingen te worden vermeld. Daarna kan worden volstaan met verkorte aanhaling.
VOLLEDIG:
Historisch Centrum Leeuwarden. Toegang 1049 Raad van Commissarissen van de Scheepvaartmaatschappij Holland-Friesland te Leeuwarden, 1914-1927
VERKORT:
NL-LwnHCL 1049