Logo Historisch Centrum Leeuwarden

leeuwarden artikel link leeuwarden artikel link
 

In 1787 werd Weidum als volgt beschreven in de ’Tegenwoordige Staat der Vereenigde Nederlanden; veertiende deel; vervattende het vervolg der beschryving van Friesland’.

WEIDUM, weleer ook Wedum genoemd, is een schoon dorp en voorzien met een goede Kerkbuurt en spitsen toren, zeer wel ter vaart en reed, aan den ouden Zeedyk, en dus naby de Swette gelegen. Dit dorp heeft 25 stemmen, en weleer vond men hier veele Adelyke Staten als Hania, Dekema, Walta, Padinga, Wobbema enz. doch thans zyn alleen de twee eerstgenoemde met aanzienlyke huizingen voorzien; wordende de eerstgemelde State bewoond door den Oud-Raadsheer Jr. Eduard Marius van Burmania, een Heer, onder anderen, zeer beroemd, wegens zyne ervarenheid in de oude geschiedenissen en Geslagtkunde  der Friezen, en de laatstgenoemde door Jr. E.F. van Aylva, Grietman van deezen deele. In 't laatst der veertiende Eeuw woonde op Hania State Viglius Hania, en op Dekema State Sixtus van Dekema. De eerste was een zeer goed, doch de laatste een zeer stout en roofzuchtig man, die, by gelegenheid van een ontstaan verschil, zich niet alleen de goederen der Hania's toeeigende, maar ook de bezittingen van 't Konvent van Ludingakerk met geweld veroverde. Even ten Zuidoosten der Kerk, aan den rydweg, ligt de fraaie Hofstede Bornea, thans toebehoorende aan den Heere J.H. Verschuir, Hoogleraar in de Oostersche Taalen te Franeker.

Weidum - Google Streetview - september 2010: klik op de foto voor een digitale verkenningstocht.
Weidum - Google Streetview - september 2010: klik op de foto voor een digitale verkenningstocht.

In 419x Friesland, Van Slijkenburg tot Moddergat geeft de auteur - architectuur- en kunsthistoricus Peter Karstkarel - de volgende omschrijving:

Het terpdorp Weidum lag oorspronkelijk terzijde van de Hegedyk. Het dorp was via de Weidumervaart verbonden met de Jaanvaart en daarmee met alle windstreken. Er stonden tot de 19de eeuw een aantal staten in Weidum en in de omgeving. In 1898 is de laatste, Dekemastate, gesloopt.

Weidum bleef wel wat deftig en het was tot 1900 de hoofdplaats van de grietenij en later de gemeente. Weidum was met twee oude paden, die geleidelijk gevarieerd bebouwd zijn geraakt tot straten, verbonden met de Hegedyk, de dijk van de voormalige Middelzee. Ook aan de Hegedyk kwam bebouwing van woningen van meest het notabele type. Tussen de verbindingsstraten bleef een langwerpig kamp onbebouwd, een kenmerkende openheid van het dorp, temeer daar die in de oude kern even westelijker wordt voortgezet met het door gevarieerde huizen omzoomde weidse kaatsveld. Er staan veel brede notabele woningen met middengang, maar er zijn ook eenvoudige huizen te vinden. De oude kerk staat op de terprest als een historisch zetstuk in het verschiet. Aan de westelijke dorpsrand liggen twee monumentale boerderijen: Bumaleen en Papingastate.

Na de oorlog is het dorp aan de noordzijde nabij de Weidumervaart met vooral volkswoningbouw uitgebreid. Later is in het zuidwestelijke kwartier richting Hegedyk nieuwbouw gekomen. Ten noorden van het dorp bij de Wielstersyl is in 1893 de Coöperatieve Stoomzuivelfabriek De Takomst gesticht. Na sluiting kwam er een exportbedrijf van kaas.

De Johanneskerk wordt tot de fraaiste van de provincie gerekend. De slanke toren van tufsteen moet van omstreeks 1100 dateren. De kerk is in de romano-gotische stijl opgetrokken. De vensters hebben kraalprofielen en tussen de vensters bevinden zich nissen met sierpleisterwerk. In de muren zijn later grotere vensters gebroken en aan het einde van de 15de eeuw zijn de ingangspartijen vernieuwd: de noordelijke werd korfbogig, de zuidelijke werd gedekt door een spitsboog. Bij deze verbouwing zijn de oude stenen gewelven vervangen door een houten tongewelf. De gave inrichting dateert uit de tweede helft van de 17de eeuw.

Links:

Heel veel informatie over Weidum (AlleCijfers.nl)
Beschrijving op wikipedia