Hendrik Hendriks, gardeniersarbeider, gehuwd met Grietke Jans.
Hun zoontjhe Jan, oud 3 jaar en 10 à 11 weken, is 26 Januarij 1769 bij het Vossegat als dood onder het ijs vandaan gehaald en dank zij langdurige bemoeiingen van IJda Schapeling weer tot leven gebracht, huisvrouw van Cornelis van den Bos, valhoedmaker in de Amelandsstraat, krijgt van het stadsbestuur een present van 2 ducaten.

Tjeerd Bredee, sedert drie jaren burger, inzake diens toetreding tot het brouwersgilde.

IJde van der Steege, woonagtig alhier.
Op request en na examinatie geadmitteerd als Procureur Postulant voor den Gerechte.

Johannes Pijtters, wees, in het nieuwe stadsweeshuis, niet groot van statuur en hebbende een slappe vinger.
Oud: ruim 19 jaren.
Terzake: gepleegde dieverij in voornoemd weeshuis.

Aan de binnenvader van het weeshuis overggegeven. Door dezen later aan het blok gesloten.