Abraham Ottezn, op zee varende; broer van Geertruijt Ottedr., gehuwd met Jan Janszn.; en van: Hartlijff Ottis, Angneta Ottis, Maij Ottis en Jan Ottis (so men secht overleden in Oost-Indien). Betreft: verklaring van vier personen (waaronder: Henrick Bauckis, oud omtrent 47 jaren; Jan Piers, oud: 37 jaren, Joucke Sioerdts, wachtmeester, oud: 57 jaren en Jacob Thonis, oud: 56 jaren.) dat voornoemde Jan Ottis op hun gebuijrte is opgevoedet en dat zijn voornoemde broer en zusters diens enigste erfgenamen zijn. Deze geven last aan voornoemde Jan Janszn., om de erfenisse van de Bewinthebbers der Oost Indische Compagnie te Amsterdam, te vorderen en te ontfangen.