De stúdzjerûnte skiednis doarp Huzum werd in januari 1978 opgericht door een groep amateur-historici. Zij hielden zich bezig met het verzamelen van gegevens in archieven en het houden van vraaggesprekken met (oud-)Huzumers om de historie van het dorp en zijn omgeving voor het nageslacht te bewaren. Juist in de beginjaren van de stúdzjerûnte dreigde er veel (landschaps)historie in de vergetelheid te raken door de ontwikkeling van nieuwe stadswijken als Aldlân binnen het dorpsgebied van Huizum.

In 1992 breidde de stúdzjerûnte zijn activiteiten uit naar het gehele Zuidertrimdeel, een gebied ten zuiden van de stad Leeuwarden met daarin de dorpen Goutum, Hempens, Huizum, Teerns, Wirdum en Wytgaard. De naam veranderde in stichting stúdzjerûnte It Sudertrimdiel en het activiteitenpakket werd geleidelijk verbreed. Het verzamelen en bestuderen van informatie uit archiefbronnen ging door, maar ook nam de stúdzjerûnte het organiseren van lezingen en het uitbrengen van publicaties op zich. Een drietal oude geschriften betreffende de historie van het Zuidertrimdeel, zoals het dagboek van boer Doeke Wijgers Hellema en de geschiedkundige aantekeningen van predikant Wesselius verschenen als bronnenpublicaties in de stúdzjerûnte-rige. In de Súdertrimdiel-rige werden daarnaast tussen 1993 en 2002 een aantal bundels met artikelen over de geschiedenis van het gebied uitgebracht.

De archivalia betreffende de stúdzjerûnten zijn in 2018 aan het HCL geschonken door het bestuurslid Gjalt Jelsma. Uit het archief is, behoudens enkele doublures, niet vernietigd.