Logo Historisch Centrum Leeuwarden

leeuwarden artikel link leeuwarden artikel link
 
Uw zoekacties: Mairie Grouw, 1812-1816

3001 Mairie Grouw, 1812-1816

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inventaris
I. Inleiding
1. Karakterisering en ontwikkeling van het gebied
1.4. Demografie en samenstelling van de bevolking
3001 Mairie Grouw, 1812-1816
I. Inleiding
1. Karakterisering en ontwikkeling van het gebied
1.4.
Demografie en samenstelling van de bevolking
De ontwikkeling van het bevolkingscijfer in Idaarderadeel is in sterke mate bepaald door de ontwikkeling van de plaatselijke economie. Als gevolg van de bloei van de landbouw en later van de industriële sector, stelden de bestaansmiddelen voldoende in staat om het aantal inwoners gestaag te laten groeien. Rond 1700 kende Idaarderadeel ongeveer tweeduizend inwoners; aan de vooravond van de gemeentelijke herindeling in 1983 waren dat er ruim negenduizend.

In het bevolkingsverloop zijn een aantal tendensen aan te wijzen. Geringe fluctuaties in het aantal inwoners werden in de negentiende eeuw vooral veroorzaakt door epidemische ziekten, waardoor pieken in de sterfte optraden. In 1858 en 1859 kostten de koortsen aan verscheidene inwoners het leven: “De gezondheidstoestand der ingezetenen liet hier en daar veel te wenschen over. Gelijk elders heerschten ook in deze gemeente aanhoudende koortsen, vooral onder den boerenstand, terwijl verscheidene ingezetenen en wel in het bijzonder te Warga daaraan zijn bezweken […] Er zijn slechts enkele huisgezinnen in deze gemeente die van deze ziekte zijn bevrijd gebleven. Tengevolge dier ziekte is sterfte in deze gemeente dan ook aanmerkelijk grooter geweest dan in gewone jaren.”
Acht jaar later waren het de cholera en roodvonk die slachtoffers eisten: “Tien personen zijn in deze gemeente door de cholera aangetast […] De maatregelen ter voorkoming der verdere verspreiding dezer ziekte genomen bestonden in de verbranding der goederen en kleederen waarmede de lijders in aanraking waren geweest en in desinfectatie door middel van chloor en teer berooking. Te Grouw heeft nog al in erge mate de roodvonk hoofdzakelijk onder de kinders geheerscht, waaraan velen zijn overleden. Het cijfer der overledenen aldaar bedraagt dan ook ook ongeveer 1/3 meer dan in vorige jaren.” Roodvonk keerde nog regelmatig in epidemische vorm terug. In 1892 werd de bewaarschool in Grouw wegens het heersen van de ziekte tijdelijk gesloten. In 1908 deden zich 102 gevallen in de gemeente voor.

De verbetering van de openbare hygiëne deed het aantal epidemieën tegen het einde van de negentiende eeuw afnemen. In 1878 werd het tonnenstelsel in Idaarderadeel ingevoerd en in 1886 werden in Idaard, Roordahuizum en Warga nieuwe fecaliën- en vuilnisbergplaatsen ingericht “ten einde den toestand met het oog op de volksgezondheid te verbeteren.” Ook de demping van de dorpshavens en de aanleg van moderne begraafplaatsen droegen hieraan bij. De eerste gemeentelijke begraafplaats was die te Warga, die in 1899 werd aangelegd. De overige begraafplaatsen bleven lange tijd eigendom van de Nederlands Hervormde kerkvoogdijen. Het beheer over de begraafplaats bij het Wilhelminapark in Grouw, die al in 1859 was geopend, werd pas in 1923 aan het gemeentebestuur overgedragen.
Naast de epidemische ziekten, waren het vooral economische factoren die de bevolkingsgroei beïnvloedden. Lange tijd, tussen 1870 en 1940, bleef het bevolkingscijfer tussen de vijf- en zesduizend inwoners steken. De landbouwsector, die in deze tijd de economie nog domineerde, liet als bestaansbron geen groter aantal inwoners toe. De geleidelijke transitie van een agrarische naar een industriële samenleving schiep ruimte voor bevolkingsgroei. In 1899 was nog 37,8% van de beroepsbevolking in de landbouw werkzaam, terwijl dat in 1970 nog maar 21% was. De industriesector maakte vooral na de Tweede Wereldoorlog een sterke groei door, die is terug te zien in het bevolkingscijfer. In 1947 werkte 28,2% van de beroepsbevolking in industrie en ambacht, in 1970 was dat al 44,3%. De bevolking steeg in ditzelfde tijdvak van zo’n 6500 naar 7500 inwoners en deze trend zette zich in de jaren 1970 en 1980 voort. Aan de vooravond van de gemeentelijke herindeling telde Idaarderadeel ruim negenduizend inwoners.

De nauwe samenhang tussen de industrie en de ontwikkeling van het bevolkingscijfer laat zich aan meerdere statistieken aflezen. In 1917 is er een plotseling vertrekoverschot, dat zijn oorzaak vindt in de verplaatsing van de productie van de brandkasten- en brandspuitenfabriek Van der Ploeg naar Apeldoorn. Veel werknemers uit Grouw verhuisden aanvankelijk naar de Veluwe, maar een aanzienlijk deel keerde in 1918 en 1919 weer naar Friesland terug. Het waren vooral de jonge, ongehuwde mannen die zich blijvend in de regio Apeldoorn vestigden. In de jaren 1930 vertoont de statistiek van de bevolkingsopbouw in Idaarderadeel als gevolg daarvan nog altijd een relatief klein aantal mannen in de leeftijdscategorie van 30-40 jaar.
De sterke, door de industrialisatie veroorzaakte, bevolkingsgroei tussen 1940 en 1980 heeft ook de verdeling van de bevolking over de gemeente ingrijpend veranderd. Door de afname van het economische belang van de landbouw, liep het bevolkingscijfer in de kleine agrarische dorpen in dit tijdvak sterk terug. In Warstiens en Friens bijvoorbeeld, daalde het bevolkingsaantal tussen 1951 en 1969 met respectievelijk 52% en 26%. De uitbreiding van het inwonertal vond uitsluitend plaats in de dorpen waar industrieën gevestigd waren. In het bijzonder Grouw profiteerde hiervan. Dit dorp, waar rond 1970 ongeveer de helft van de inwoners van Idaarderadeel woonde, werd vanaf de jaren 1950 sterk uitgebreid in de richting van het Prinses Margrietkanaal. Van de totale gemeentelijke woningvoorraad in 1970 was 55% in Grouw gesitueerd. Ook de naoorlogse nieuwbouw werd grotendeels in Grouw en de andere geïndustrialiseerde dorpen gerealiseerd.

Van oudsher behoorde de bevolking in Idaarderadeel overwegend tot de Nederlands Hervormde kerk. Aan het einde van de achttiende eeuw vond men onder de inwoners ook nog een aanzienlijk aantal Doopsgezinden en, met name in Warga, Rooms-Katholieken. Het aantal Hervormden bleef tussen 1796 en 1947 nagenoeg gelijk. De Rooms-Katholieken en Doopsgezinden zagen in hetzelfde tijdvak hun achterban sterk teruglopen.

Kenmerken

Auteur:
A. Tuinhout
Soort toegang:
inventaris
Beschrijving:
Inventaris van het archief van de mairie Grouw
Omvang:
2,4 m1
Citeerinstructie:
Bij het citeren in annotatie en verantwoording dient het archief tenminste eenmaal volledig en zonder afkortingen te worden vermeld. Daarna kan worden volstaan met verkorte aanhaling.
VOLLEDIG:
Historisch Centrum Leeuwarden. Toegang 3001 Mairie Grouw, 1812-1816
VERKORT:
NL-LwnHCL 3001